Wet op de Incasso-kosten: hoe werkt het nu?

Zoals – wellicht – bekend is per 1 juli 2012 nieuwe wet- en regelgeving van toepassing op de incasso-kosten.

Die regels hebben betrekking op alle facturen, die vanaf juli 2012 opeisbaar worden. De spelregels (b)lijken echter in de praktijk nog niet helemaal duidelijk.
Om die reden een korte samenvatting van de voornaamste stappen:
–  de factuur wordt verzonden;
–  wanneer betaling van de factuur binnen de betaaltermijn uit blijft, moet minimaal één herinnering worden gestuurd. Daarin moet dan worden aangegeven dat binnen veertien dagen alsnog moet worden betaald, en dat bij niet-betaling een exact te noemen bedrag aan incasso-kosten verschuldigd zal worden.
–  blijft betaling in die veertien dagen uit, dan kan – afhankelijk uiteraard van het door U gebruikelijk te volgens traject – de vordering ter incasso uit handen worden gegeven.

Of U de mededeling in de eerste, tweede of desnoods tiende betalingsherinnering doet, is niet relevant. Als de mededeling maar gedaan wordt!

TIP: als U wenst, nemen wij de tekst van U betalingsherinneringen gratis met/voor U door, en adviseren we (daar waar nodig) aanpassingen. Bij die gelegenheid kunnen we U dan desgewenst ook nog wat nader informeren over de ins and outs van deze nieuwe wetgeving!

Verdere verhoging griffierechten (voorlopig) van de baan.

Vorig jaar en eerder dit jaar werden de griffierechten al aanzienlijk verhoogd.

De bedoeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) was, om die griffierechten nog verder (fors) te verhogen (en daarmee de toegang tot de rechter dus in eerste instantie duurder te maken). Dit voorstel is voorlopig van de baan.

De Tweede Kamer heeft de behandeling van het wetsvoorstel uitgesteld tot eind mei waardoor invoering per 1 juli niet realistisch is. Bovendien lijkt er voor de huidige vorm geen meerderheid in de Eerste Kamer te zijn.

 

Nieuwe wet incasso-kosten en het belang van algemene voorwaarden

Op 13 maart jl heeft de Eerste Kamer een wetsvoorstel aanvaard, waarbij onder meer regels worden gegeven over de hoogte van de buitengerechtelijke incasso-kosten. Doel van de wet is om de consument beter te beschermen. Van deze regels mag niet contractueel worden afgeweken. Jammer, want de hoogte van de incasso-kosten is zodanig (beperkt), dat daar niet direct een prikkel van uit gaat naar de debiteur om tijdig tot betaling over te gaan.

Voor bedrijven ligt de situatie anders. De wet vormt hier wel een richtlijn, maar schrijft niet dwingend de hoogte van de incasso-kosten voor. Contractueel mogen hierover dan ook – mits binnen de grenzen van het redelijke – afspraken gemaakt worden. In de praktijk worden dit soort afspraken in de algemen voorwaarden gemaakt. Door hierover duidelijke afspraken te maken, kan er vanuit de hoogte van de incasso-kosten wél een prikkel uitgaan voor Uw debiteur , om tijdig te betalen (en te voorkomen dat U de vordering ter incasso uit handen moet geven).

TIP: Check, of Uw algemene voorwaarden voorzien in de verschuldigdheid van de buitengerechtelijke kosten èn zorg er voor,dat de algemene voorwaarden op de correcte wijze worden gebruikt bij het aangaan van de overeenkomst. Die algemene voorwaarden moeten immers wel deel uit gaan maken van de overeenkomst, om effect te kunnen hebben!

 

De wereld op z’n kop – met dank aan de wetgever…

Door de wetgever zijn de griffierechten het afgelopen jaar aanzienlijk verhoogd. De toegang tot de rechter is daarmee duurder geworden, maar daar staat dan tegenover, dat de partij, die door de rechter in het ongelijk wordt gesteld, in de regel die proceskosten moet betalen.

De kantonrechter in Brielle dacht daar anders over.

In een zaak, die bij die rechter speelde, ging het geschil over een huurachterstand van Euro 422,91. Er was weliswaar een regeling getroffen, maar de huurder kwam die regeling niet geheel correct na. De verhuurder besloot vervolgens te dagvaarden, om vervolgens via beslaglegging wat sneller het hem toekomende bedrag te kunnen incasseren.

De kantonrechter vond, dat de verhuurder wat te ongeduldig was geweest. De vordering terzake de huur werd toegewezen, maar de proceskosten (waaronder het griffierecht van Euro 426,00) liet de rechter voor rekening van de verhuurder. De rechter overwoog daarbij uitdrukkelijk: “Daarbij speelt eenrol dat de kosten van procederen door de wetgever in de laatste maanden fors zijn verhoogd.”

Voorwaar, de wereld op z’n kop!

TIP: Zowel in het verleden als nu, maken wij een inschatting van de haalbaarheid van een vordering. Zeker gelet op de verhoogde griffierrechten doen wij – nog méér dan in het verleden – onze best de debiteur in der minne tot betalen te bewegen. Uiteindelijk echter moet het mogelijk zijn een vonnis tegen een onwillige debiteur te verkrijgen, óók voor kleinere bedragen! Als we immers kleinere bedragen niet meer kunnen incasseren, heeft het ook geen zin meer faturen voor die lage bedragen te sturen. Als het zover komt, dan hebben we pas echt een crisis!